C G C G
C G C F G C
[Verse 1]
C G
Al ziet geen mens je zitten
F C
ik weet dat jij er bent
F
al voel je je verlaten
C
Ik heb je in de gaten
D G
bij Mij ben je bekend
F G
voor Mij ben je bijzonder
E7 Am
mijn allermooiste wonder
F G
voor Mij ben je in tel
N.C. C D
Ik ken je wel!
[Chorus 1]
G C
En je mag komen, je mag komen
F C
kom maar in m'n huis en in m'n hart
F
kom maar in m'n armen
C
laat me jou verwarmen
D G
al jouw streken zijn maar kinderspel
N.C. C C
Ik ken je wel!
[Verse 2]
C G
Misschien denk je: ach laat maar
F C
d'r valt niks aan te doen
F
ik kan alleen maar jokken
C
ik maak alleen maar brokken
D G
ik ben een super-oen
F G
en toch ben jij bijzonder
E7 Am
en toch ben jij een wonder
F G N.C. C D
al zit je in de knel: Ik ken je wel!
[Chorus 1]
G C
En je mag komen, je mag komen
F C
kom maar in m'n huis en in m'n hart
F
kom maar in m'n armen
C
laat me jou verwarmen
D G
al jouw streken zijn maar kinderspel
N.C. C
Ik ken je wel!
[Instrumental]
D A G D
G D E A
G A F#7 Bm
G N.C. D D
[Chorus 2]
G C
En je mag komen, je mag komen
F C
want je bent voor mij zo heel speciaal
F
ook al moet je huilen
C
kom maar bij me schuilen
D G
dan vergeet je al die tranen snel
N.C. C D
Ik ken je wel!
G C
En je mag komen, je mag komen
F C
want je bent voor mij zo heel speciaal
F
ook al moet je huilen
C
kom maar bij me schuilen
D G
dan vergeet je al die tranen snel
N.C. C
Ik ken je wel!
G C
Echt, ik ken je wel!
