C G7 C F
C G7 C G7
[Verse 1]
C G7 C F
Zeg, mama, waar was ik toen ik nog niet geboren was,
C G C G7
in een doosje, of een laatje?
C G7 C F
Welnee hoor, wat dacht je, toen jij nog niet geboren was
C G C C7
was je enkel maar een zaadje.
F G C Am
God heeft je laten groeien in mama's eigen buik,
E7 Am F G
wel negen lange maanden en toen kwam jij er uit;
F C F C G7
ik vond je prachtig.
[Verse 2]
C G7 C F
Zeg, mama, wat deed ik toen ik nog niet geboren was,
C G C G7
kon ik praten of lachen?
C G7 C F
Welnee hoor, want weet je, toen jij nog niet geboren was
C G C C7
moest jij daar nog mee wachten.
F G C Am
God heeft je laten groeien, je handjes en je haar,
E7 Am F G
je oogjes en je oortjes en toen pas was je klaar.
F C F C G7
En... daar was je!
[Verse 3]
C G7 C F
Zeg, mama, wat word ik wanneer ik later groot zal zijn?
C G C G7
Vertel 'es, jij weet het.
C G7 C F
Welnee hoor, dat weet ik niet, maar Jezus heeft een plan met jou,
C G C C7
Vertrouw op Hem, Hij weet het.
F G C Am
Hij zal je laten groeien, Hij is het die jou draagt,
E7 Am F G
Hij zal je altijd helpen te doen wat Hij je vraagt;
F C G7 F/C C
Hij is machtig.