D D7 G D
[Verse 1]
G Bm C
Er zijn er als Mozart, zo licht als de lucht,
G Bm C
Muziek makend helder en blij,
G Bm C
Er zijn er als Beethoven, doof en pompeus,
D C G
Maar er is er geen een zoals jij.
[Verse 2]
G Bm C
Er zijn van die vrouwen, ze bijten hem af,
G Bm C
En spuwen hem walgend opzij,
G Bm C
Er zijn er veel toffere, koket en vol pit,
D C G
Maar er is er geen een zoals jij,
[Chorus]
Bb D
Zoals jij het valt niet te beschrijven,
Bb F D
Zoals jij die steeds overstijgt wat ik zei.
[Verse 3]
G Bm C
Er zijn grote denkers, verlichten van geest,
G Bm C
Ze brengen de aardkloot iets bij,
G Bm C
Er zijn er als Garbo, mistiek, elegant,
D C G
Maar er is er geen een zoals jij.
[Instrumental]
G Bm C
G Bm C
G Bm C
D C G
[Chorus]
Bb D
Zoals jij het valt niet te beschrijven,
Bb F D
Zoals jij die steeds ondermijnt wat ik zei.
[Verse 4]
G Bm C
Dan zucht je eens diep, en je kijkt van me weg,
G Bm C
Je zegt dat ik weer overdrijf,
G Bm C
Maar ik weet het zeker, ik zie het zo goed,
D C G
Echt, er is er geen een zoals jij.
[Outro]
G Bm C
Ja, ik weet het zeker ik zie het zo goed,
D C G
Er is er geen een zoals jij,
G
Nee, nee, nee, nee
D C G
Echt er is er geen een zoals jij.
G Bm C
D C G
D C G
D C G
G