D G D A7 D X2
[Verse 1]
D G D D G D
Er zijn dagen in dit leven dat wel alles tegenvalt,
D G D E7 A7
dat nog ’s morgens voor je opstaat heel je dag al is vergald
G D A7 F#7
en dan krijg je nieuwsberichten over oorlog en hongersnood,
G D A7 D
over moorden en corruptie en je denkt was ik maar dood.
D G D G D
maar dan gaat een vogel zingen als een stem uit het heelal
D G D E7 A7
en die held’re blije klanken halen je uit dat diepe dal
G D A7 F#7
en dan word je weer gelukkig en blij als een kind.
[Chorus]
G D A7 D
Want als je in de stront zit lijkt een scheet een frisse wind,
G D A7 D
want als je in de stront zit lijkt een scheet een frisse wind.
[Interlude]
D G D A D
[Verse 2]
D G D D G D
Er zijn mensen hier op aarde voor wie vriendschap niet meer telt,
D G D E7 A7
die alleen aan cijfers denken en aan tijd want tijd is geld,
G D A7 F#7
die zelfs de liefde snel bedrijven ze stijgen op, maar gauw weer af,
G D A7 D
ja, hun hart zal niet verslijten, het sterft wel langzaam af.
D G D G D
Maar die man daar op dat pleintje met zijn trekharmonica,
D G D E7 A7
voor wat centen in zijn petje speelt hij de hele opera
G D A7 F#7
en hij maakt me weer gelukkig en blij als een kind.
[Chorus]
G D A7 D
Want als je in de stront zit lijkt een scheet een frisse wind,
G D A7 D
want als je in de stront zit lijkt een scheet een frisse wind.
[Interlude]
D G D A D
[Verse 3]
D G D D G D
En dan heb je de profeten, ook voor hen zing ik dit lied,
D G D E7 A7
zij die altijd alles weten maar zichzelf kennen ze niet.
G D A7 F#7
Ze hebben steeds kritiek op anderen, zeggen aan iedereen hoe ’t moet,
G D A7 D
zij denken alles te veranderen want zij weten het zo goed.
D G D G D
Maar twee grote kinderogen kijken me blij en lachend aan,
D G D E7 A7
die hebben niemand voorgelogen in arrogante eigenwaan.
G D A7 F#7
En ze maken mij gelukkig en blij als een kind.
[Chorus]
G D A7 D
Want als je in de stront zit lijkt een scheet een frisse wind,
G D A7 D
want als je in de stront zit lijkt een scheet een frisse wind.
[Interlude]
D G D A D
[Verse 4]
D G D D G D
En wat met die grijze zangers die de orkaan hebben doorstaan
D G D E7 A7
maar die het nog niet kunnen laten, al is hun glorie lang vergaan?
G D A7 F#7
En al begint hun stem te kraken, hebben ze haast geen adem meer,
G D A7 D
toch blijven zij maar altijd doorgaan, ze leggen zich er nooit bij neer.
D G D G D
En dus blijf ik mijn liedjes zingen en tokkel door op mijn gitaar,
D G D E7 A7
o, nee, ik kan dat niet bedwingen ook al word ik honderd jaar,
G D A7 F#7
want het maakt me zo gelukkig en blij als een kind.
[Chorus]
G D A7 D
Want als je in de stront zit lijkt een scheet een frisse wind,
G D A7 D
want als je in de stront zit lijkt een scheet een frisse wind.
[Outro]
G D A7 D
La la la la la la la ...
