G Am
Ik heb het aan de wind gevraagd waar ik haar vinden zal,
Bm Cadd2 G
hij luisterde en fluisterde: je vindt haar overal.
[Verse 1]
Am Bm Em
Ik zag haar in dat grote huis in dat straatje zonder eind
Am Bm Em
waar door de sleur van ied’re dag de liefde snel verdwijnt
Am7 D G G/F# Dm6/F E7
maar toch hield zij nog steeds van hem en dat gaf haar (hem) de kracht
Am Am/G D F6 D
want haar hart was warm en haar bed was warm en haar handen bleven zacht.
[Chorus]
G Am
Ik heb het aan de wind gevraagd waar ik haar vinden zal,
Bm Cadd2 G
hij luisterde en fluisterde: je vindt haar overal.
[Verse 2]
Am Bm Em
Ik zag haar in een grote stad, ze zat er achter glas,
Am Bm Em
te wenken naar de klanten omdat dat nodig was
Am7 D G G/F# Dm6/F E7
ze had twee lieve kinderen, ver weg in een tehuis
Am Am/G D F6 D
maar ze wou weer samen zijn met hen in een eigen warme thuis.
[Chorus]
G Am
Ik heb het aan de wind gevraagd waar ik haar vinden zal,
Bm Cadd2 G
hij luisterde en fluisterde: je vindt haar overal.
[Verse 3]
Am Bm Em
Ik zag haar in een grote zaal, ze droeg een witte schort,
Am Bm Em
ze haastte zich van bed naar bed, ze kwam handen te kort.
Am7 D G G/F# Dm6/F E7
Ze bracht aan iedereen wat troost, haar ogen straalden zacht,
Am Am/G D F6 D
want ze hielp ze beter worden en dat deed ze dag en nacht...
[Chorus]
G Am
Ik heb het aan de wind gevraagd waar ik haar vinden zal,
Bm Cadd2 G
hij luisterde en fluisterde: je vindt haar overal.
[Verse 4]
Am Bm Em
Zij is het mooiste lied op aard, zij is de stille kracht,
Am Bm Em
die altijd haar geheim bewaart, behoedzaam en doordacht.
Am7 D G G/F# Dm6/F E7
zij volgt je maar zij leidt je, nooit is zij bezit van jou
Am Am/G D F6 D
want ze bindt je en omspint je, zij is liefde zij is vrouw.
[Chorus]
G Am
Ik heb het aan de wind gevraagd waar ik haar vinden zal,
Bm Cadd2 G
hij luisterde en fluisterde: je vindt haar overal,
Am G C G
overal, overal, overal, overal.