| D | D | D | D |
[Verse 1]
D
M'n vrouw en ik zijn in de moestuin.
G D
Buurman komt voorbij.
D
Je hoort de groenten groeien hier.
E A
We praten met de prei.
D
En staren naar een naakte slak.
E
Een zenuwachtig beest.
[Bridge 1]
Bm A G D Bm
Er beweegt niet veel in Aaigem.
G D D D
De zon nog wel het meest.
[Verse 2]
D
Er komt niet veel nieuws uit het dorp.
G D
Alleen heeft de pastoor.
D
Een nieuwe oorlog aangevat.
E E7 A7 A7
Met z'n parochiekoor.
D
Er is een grote rel ontstaan.
E E
Na z'n laatste preek.
[Bridge 2]
Bm A G D Bm
Er beweegt niet veel in Aaigem.
G D D D
Heel soms; de Molenbeek.
[Verse 3]
D
Er wordt nooit iemand aangerand.
G D
Er was nog nooit een moord.
G D
De kabelteevee zendt alleen,
E E7 A7
voor "Boer en tuinder" door.
D
We gaan dus maar is vroeg naar bed.
E
We zijn allebei moe.
[Bridge 3]
Bm A G D Bm
Er beweegt niet veel in Aaigem.
G D
Het klokken af en toe.