D F#m C A D
[Verse 1]
D G
nu dat de kinders zijn gaan slapen
A D
en al de lichten zijn gedoofd
G
zit ik nog bie 't vier te waken
A D
't is were avond god zij geloofd
A7 D
de kabouters zijn nu uitgebroken
G D/F# A
met de nevels over 't veld
D G
't is 't eure van slekken en spoken
A D
ik hè mijn schaapkes goe geteld
[Instrumental]
D F#m C A D
[Verse 2]
G
nu mag het zachtjes sneeuwen
A D
over mijn land wijd uitgestrekt
G
de kinders zijn met warme dekens
A D
en zoete dromen toegedekt
A7 D
moeder zal een slaaplied zingen
G D/F# A
als je angstig wakker schiet
D G
ze zal melk en honing brengen
A D
en zachte sussen je groot verdriet
[Instrumental]
D F#m C A D
[Verse 3]
G
durf nu niet de vrede breken
A D
zorgt dat de dwaze praat verstomt
G
't is daarom da'j zachtjes moe spreken
A D
met teedre woorden als d'avond komt
A7 D
zo mag het nu nog eeuwen deuren
G D/F# A
nu dat de lichten zijn gedoofd
D G
alles slaapt d'r kan niets gebeuren
A D
't is were avond god zij geloofd