A A A F#m E D E


[Chorus]
A                                                 E
Wie staat er altijd voor je klaar (dat is toch je moedertje)
Bm                         E                           A
Wie krijgt er altijd alles voor elkaar (dat is toch je moedertje)
                                               D
Wie zorgt er elke dag voor jou (dat is toch je moedertje)
            A              E              A
Ja, de allerliefste vrouw, dat is toch je moedertje


[Couplet 1]
A                                               E
Wie is het die jou leerde lopen (dat is toch je moedertje)
Bm                E                             A
Wie leerde jou je veters knopen (dat is toch je moedertje)
                                                    D
Wie heeft jou schaatsen aangebonden (dat is toch je moedertje)
                   A             E              A
Wie legt pleisters op je wonden, dat is toch je moedertje


[Bridge]
A
Zij is alles in het leven dat zij jou eens heeft gegeven
                     E
Zij zal alles aan je schenken

Ook al ga je later trouwen en een eigen nestje bouwen
                          A
Mama blijft steeds aan je denken

Heb je ooit verdriet of zorgen, hou ze nooit voor haar verborgen
                        D
Zij leeft altijd met je mee
           A              E              A
Mama is de liefste vrouw, mama houdt van jou


[Couplet 2]
Bb                                                   F
Wie luistert steeds naar wat je zegt (dat is toch je moedertje)
Cm                 F                          Bb
Wie veegt er al je tranen weg (dat is toch je moedertje)
                                                Eb
Wie haalt de dokter in de nacht (dat is toch je moedertje)
                 Bb            F              Bb
Wie houdt aan je bed de wacht (dat is toch je moedertje)


[Chorus]
Bb                                                F
Wie staat er altijd voor je klaar (dat is toch je moedertje)
Cm                         F                           Bb
Wie krijgt er altijd alles voor elkaar (dat is toch je moedertje)
                                               Eb
Wie zorgt er elke dag voor jou (dat is toch je moedertje)
            Bb             F              Bb
Ja, de allerliefste vrouw, dat is toch je moedertje


[Otro]
            Bb             F              Bb
Ja, de allerliefste vrouw, dat is toch je moedertje